Fragment uit Staat van Goederen, berustend ter Rijksarchief Brugge, Fonds Veurne.
Wulpen
Staten van Goed n°32366 11 mei 1703, overgebracht den 18 mei 1703.
(De tekst hieronder is letterlijk weergegeven “tot lering en vermaeck”).
Staet ten Sterfhuyse van Pieter Florensoone (Florisse) (1) overleden anno domino duyst seven hondert drie zaliger memorie.
“Staet inventaris ende verdeel vande achtergelaeten goederen bleven ende bevonden naer de doodt ende overlijden van Pieter filius …….. Florensoone geprocreert bij ……. filia …….. overleden opden 10 maerte duyst sevenhondert drie opde voornoemde prochie van Wulpen poorter van Ipre soo men presumeert volghens de declaratie van de blijfnege Zaliger memorie desen staet gemaeckt ten versoucke proffijt beleede ende op het te kennen geven van jeanne fa Pieter Goosen de zoone …….. geprocreert den voornen pr bij ……. fa ……… ende selve blyfnege by Elisabeth fa Maerten panne madelarye ende blyft ten desen sterfhuyse voorn in profytte van pr oudt acht jaeren den 19 january lestleden felix oudt den 8 july toecommende ses jaeren ende joanna oudt veerthien jaeren kerstdag lestleden t’samen de drie achtergelaten weesen vanden overleden die hij gewonnen heeft by de blyfnege de welcke vaeneen staen ten Comptoire van weesen ter stede ende Casselrie van Veurne ende de voors prochie van Wulpen ende onder de vooghdie van Anthone Goosen woonende op de prochie van ramscappel by den onderschreven geeedt prijser ende deelsman der Stede ende casselrie van Veurne desen 18en meye 1703
madelarijge
de blyfnege op alswe…….fa ……. als haer ter rekeninghe van madebrie naer verdiensten sal toegelegt worden
Prys vande meubelende ende catheylen ten desen sterfhuyse bevonden
in t’ woonhuys.
alvooren een pluymen bedde pluymen hoofteinde paer orcussens geflowynt paer laeckens ende groene sarge met de gordinnen ende t rabot voor den neirt. Omtrent de 50 ponden tin onder taliooren plataelen cannen backxkens half backxkens ende waeterpotten midtsgaeders schotel. 5 metaelen candelaers. een rooster schuijmspaen hangijser hangel hauwmes ende tange, een soutlae lampe olie canne ende vierketel.
12 galeijsen plateelen galeijsen comme ende twee cleijne galeijschen commekens. een canneboort met glaesen boutellie spiegelken vrijfbustel met twee andere bustels. 22 ponden vlassen gaeren ende 5 ponden stoppen. Een galeijschen canne ende glaesen boutellie met een inxcel . Een strijckijser met spiegelken ende trachterken. Een rebbanck een coffer slot vast. Een glaese boort met diversche bier ende wijnglaesen. Een vorcke ende spae lanterne met marctmande. 10 geijckte biercannen ende drie pinten al gedeckt. Een houten canne ende pinte met tralie mande ende twee carbaesen. Voort een deel aerdewerck inde waetersteen. Een jock met twee waeterseulen ende alle de mattestoelen. Een groote ende cleijne viercante tafel met twee houtten bancken.
Inde kelder.
Een ijseren pot ende marmijte, een groote slechte marmijte met een deel aerdewerck. 2 gantieren, een waeterstandeken met een grooten eirden pot ierden canne met een bierpulleken met een stop brandewijn daerin. een kleermande met een deel brandhout, 4 tonnen en half groot bier.
In de voorcamer.
Alvooren een deel mattestoelen twee houtten bancken ende fruijtpanne. Een buffet tafel met een ijseren brander. Een cassen bedde slecht plumen hoofteinde blauwe sargie ende gordinnen met t’rabat voor den eirt met noch een roo sargie mits de coutsen sijn gaende met den huijse. Een pluijmen bedde pluijmen hoofteinde groene sargie ende gordinnen.
In d’achter camer.
Een viercant tafel met twee houtten bancken ende matte stoelen als andersints. Een caffen bedde caffen hoofteinde witte sargie gordinnen met t’rabot voor den eirt midts de coutse is inxgelijckx gaende met den huijse.
Op de solder boven t’woonhuijs.
Een fusycque. ontrent de drie voeren deirijnck, twee hauwen twee schuppen botgetauw twee pecken ende haeck. Een beslegen schuppe ende spae met een spinnewiel ende hun toebehoorten. een coffer slodt vast.
Een vleeschstande met omtrent 30 pont swijnen vleesch. een meelstande met de troch ende omtrent drie achtendeel haver. een clampcoutre met slaepinghe, een hollantsche kijnderstoel met wiege ende twee ekels.
een standeken met omtrent een achtendeel zeeuwsche boonkens, twee caffen bedden twee hoofteinden ende twee cuskens, een eiren ketel met een …. ijser voort een deel brant haudt ende twee sargien.
Op de solder boven de camer.
Ontrent twee hondert fagoot, voort noch een deel branthout, een stuk linwaet lanck 22 ellen. een barcaenen mantel een roo jupon 9 stuck ijsers met een deel ander minuijteijten, voort een deel houtten bollen met een deel perssen ende brandstroij
Linwaet.
Vier paer fluwijnen met een dozijn serveeten ende een groote d’waele ses paer en half slaplaeckens seven manshemdens een paar silveren bouckels met een deel suveren cnopkens, vijf halsdoeken.
t’saemen prijsie bedraeght 679 ponden.”
Door op de blauwe afstammingsknop te drukken op onderstaande webpagina’s van onze “Florizoone Stam” website, ziet u de respectievelijke voorouderreeksen van bovenvermelde personen met eventuele broers zusters en kinderen.
Het voorgaande is een heruitgave van de Florizoone familietijdschriften, nr. 1, 2 en 3 uit de eerste Jaargang (1960), en wordt hier getrouw gereproduceerd met beperkte editoriale wijzigingen.